"Voor het eerst in mijn leven deed ik zelf de deur op slot"

Het verhaal van Shanti (34 jaar)

"Voor het eerst in mijn leven deed ik zelf de deur op slot"


Ik was 5 jaar toen we in Nederland kwamen. Hier is het geweld geëscaleerd. Gedachten en gevoelens onder woorden brengen, kunnen mijn ouders niet. Zij hadden veel met racisme en discriminatie te maken. Dat frustreerde hen. Ik was daarvan de dupe.

Ik geloof zeker dat mensen om ons heen ervan wisten. Iedereen heeft een stukje gezien en heel beperkt iets gedaan. Dat had een verwoestend effect. Onze buren hoorden vaak ons geschreeuw. Ze deden daar niets mee. Op school waren wij opvallend vaak ziek. Want als wij weer eens in elkaar waren geslagen, was dat natuurlijk zichtbaar. Niemand zei er iets van.

De façade is heel groot in onze Hindoestaanse cultuur: je beter en mooier voordoen dan het is. De familie-eer hoger houden dan het welzijn van de kinderen. Onze opvoeding was hard en kil: gehoorzaam zijn, geen eigen mening geven, de tik met de slipper en meer dan dat. 

Ik was de oudste dochter. Mijn hele jeugd was ik de huishoudster, de kokkin, de oppas en later ook de administratief medewerker en vertrouwenspersoon. Dat hoorde zo in onze familie en cultuur.

Een uitweg zag ik niet. Wat mij gebeurde, maakte mij erg naar binnen gekeerd. Dat leek verlegen of introvert. Ik kreeg dat stempel. Het had geholpen als volwassenen dat hadden gezien als een signaal.

Ik was heel jong. Als iemand mij had gevraagd; ‘Wat heb jij nodig?’ had ik dat niet kunnen beantwoorden. Ik mocht niet denken voor mijzelf. Hoe weet ik dan wat ik nodig heb? Toch had iemand de rol van de volwassene moeten pakken en de instanties moeten bellen. In plaats van te denken ‘dat hoort bij de cultuur’ of ‘ik bemoei me er niet mee’. Mijn vader was voor de buitenwereld een gezellige man. Waarom klonk er dan zoveel herrie achter onze voordeur? Iemand had die link moet leggen als volwassene.

Op een avond – ik was zestien – veranderde alles. Ik was uitgenodigd voor een afscheidsdinertje van een dierbare schoolmentor. Ik wilde graag gaan. Maar ik mocht nooit ergens naartoe.

Een paar weken daarvoor had ik moed verzameld en het uiteindelijk toch gevraagd aan mijn moeder. Tot mijn verbazing zei zij: ‘Ja ga maar en ik wil dat je om die en die tijd thuis bent’. Natuurlijk zat ik daar niet relaxed want ik voelde al aan mijn water dat het thuis niet oké zou aflopen. 

Ruim voor de tijd was ik ook weer thuis. Daar herhaalde zich het ritueel wat ik zo gewend was. Ik stak mijn hoofd om de hoek van de woonkamer en ik meldde mij. Meteen wilde ik naar mijn slaapkamer rennen. Maar dat redde ik niet want ik hoorde de kille stem van mijn vader uit de huiskamer: ‘Kom hier!’

Dan begon hij zijn spel: ‘Waar ben je geweest?’

-Ik ben daar en daar geweest.

‘Van wie mocht je gaan?’

-Van mama mocht ik gaan.

‘Je mocht niet gaan van je moeder.’ 

Dit ging, zoals gewoonlijk, lange tijd door, geen enkel antwoord was goed en alles wat ik zei was gelogen volgens hem.

Mijn moeder zat er stilzwijgend naast – zoals altijd. Hij stak zijn hand op en zei: ’Ik wil je niet meer zien. Ga uit mijn ogen’. Even dacht ik nog: ’Pfoe, daar kom ik goed mee weg’.

Niet dus. Want ik draaide mij om en meteen voelde ik een keiharde ruk aan mijn lange haar. Ik viel op de grond en werd van alle kanten getrapt en geschopt. Al kruipend over de grond wist ik mijn slaapkamerdeur te bereiken. Ik weet nog dat ik me met twee handen aan mijn deurklink ophees. Ik glipte mijn slaapkamer in. En voor het eerst van mijn leven deed ik mijn deur op slot.

Ik zat op het randje van mijn bed. De hele nacht. Ik sliep niet. Ik huilde niet. Ik was alleen stil. Er was iets in mij geknakt. Hij dreigde altijd: ‘Waag het niet om weg te lopen. Want ik weet je te vinden en ik vermoord je’. Ik geloofde hem. Die mentale gevangenis was heel echt. Maar die nacht dacht ik: ‘Ook al vind je me, ook al vermoord je me. Dan gebeurt het maar. Ik kán niet in deze situatie blijven.’ 

De volgende dag, toen zij naar hun werk waren, pakte ik wat spulletjes bij elkaar en ik trok de voordeur achter mij dicht. Ik ben nooit meer teruggegaan. 

Ik vond een kamertje in Zaandam en ik ging zeven dagen per week werken. Het was moeilijk, maar ik dacht niet in termen van zwaar. Ook nu niet. Heel veel heb ik bijgeleerd en mijn leven is eindelijk van mijzelf. Ik kan nu denken en doen wat ik wil en omgaan met de mensen van mijn eigen keuze. Dit is míjn leven. Ik ga ervoor vanuit kracht en hoop zo ook andere vrouwen die ik spreek te inspireren.’ 


Zit je zelf in een lastige situatie?

Voel je je onveilig? Ben je bang voor je partner? Of wordt er thuis gescholden of met spullen gegooid? Dan kun je te maken hebben met huiselijk geweld of kindermishandeling. Deel jouw zorgen en zoek hulp.

  • Ga in gesprek met mensen om je heen, een vriend(in), buren, of iemand op school, lotgenoten;
  • Zoek hulp en ondersteuning bij Sociale Wijkteams, Centrum Jong of de huisarts;
  • Ga een anoniem gesprek aan met iemand van Open de Voordeur;
  • Download de hulpapp.nl voor directe verwijzing naar hulp in jouw eigen omgeving.

Bel of chat nu

Bel of chat gratis met Veilig Thuis: 0800-2000. Het Advies- en meldpunt voor kindermishandeling en huiselijk geweld. 

Hoog contrastToegankelijkheidsverklaringGa naar Zaanstad.nl